Utrecht met ziel
In ‘Koop zelf een stad‘ uit Frank Heinen in de Volkskrant zijn zorgen over het toenemend toerisme in Utrecht. Hij zou er goed aan hebben gedaan feiten over toerisme in Utrecht te checken, voordat hij zijn beschouwing maakte.
In Utrecht zijn de hotelovernachtingen namelijk gedaald in vergelijking met het jaar ervoor: van 719.000 in 2017 naar 696.000 in 2018 (CBS). Van die overnachtingen heeft 60% een zakelijk motief en bijna de helft komt uit Nederland (CBS). Dit kunnen niet de toeristen zijn die hij bedoelt. De druk van verblijfsgasten op de stad in aantal overnachtingen per km2 bedraagt in Utrecht slechts 15 overnachtingen per dag per km2 (gemeente Utrecht). In Amsterdam is dit bijvoorbeeld 250 overnachtingen per dag per km2. Een wereld van verschil dus.
Utrecht krijgt juist meer ziel
Heinen schrijft ook over het verdwijnen van de ziel uit Utrecht. Ik zie juist een tegenovergestelde ontwikkeling. Er komen fraaie plekken met ziel bij. Denk aan de nieuwe bibliotheek in het voormalige postkantoor op de Neude, de herinvulling van het oude Tivolipand met behoud van allerlei publieksfuncties, de creatieve clusters Cartesiusweg en Rotsoord of de fraaie herbestemming van de Westerkerk als hotel en werkplek. Utrecht heeft veel aandacht voor herbestemming van erfgoed, zeker voor publieksfuncties. Dat zorgt voor kwaliteit, diversiteit en reuring.
Stop met papegaaien
Laten we stoppen met het projecteren van de Amsterdamse toeristische opgave op die van andere steden. De opgave van Utrecht is er een van meervoudige groei van meer inwoners, meer bedrijven, meer internationals en meer studenten. Daar moet het debat over gaan, niet over vermeende toeristische druk en overlast of een romantische bespiegeling van een journalist.
